Keerpunt en Finish
Een keerpunt heb je vast wel eens gezien? Een zwemmer zwemt op de muur af en poef! hij of zij koprolt en gaat zo de andere kant weer op!
De eerste oefening die we doen is de wasmachine. Sommige kinderen uit onze miniorengroep kunnen dit een hele baan volhouden!
Daarna gaan we bij de minioren van ZCL beginnen we met koprollen voorover en achterover. Dat mag je thuis op een yogamatje oefenen.
Daarna gaan we koprollen van de kant en tegen de kant, dat klinkt superspannend maar je zult zien dat je het heel snel leert.
Aantik en keerpuntregels zwemslagen.
Schoolslag
– Bij keerpunt met twee handen gelijktijdig en van elkaar gescheiden aantikken. Alleen de duimen mogen elkaar overlappen.
Hierna keerpunt van de schoolslag maken en verder zwemmen. Na het met beide handen gelijktijdig aantikken bij het keerpunt, mogen allerlei bewegingen gemaakt worden. Als de zwemmer maar weer in borstligging de wand verlaat.
– Bij eindpunt met twee handen gelijktijdig aantikken. Gescheiden van elkaar, dus niet op elkaar.
Vlinderslag
– Bij keerpunt met twee handen gelijktijdig en van elkaar gescheiden aantikken. Hierna keerpunt van de vlinderslag maken en verder zwemmen. Na het met beide handen gelijktijdig aantikken bij het keerpunt, mogen allerlei bewegingen gemaakt worden. Als de zwemmer maar weer in borstligging de wand verlaat.
– Bij eindpunt met twee handen gelijktijdig aantikken. Gescheiden van elkaar en niet op elkaar.
Rugslag
– Bij keerpunt het keerpunt van de rugslag maken (er zijn verschillende manieren). De basis regel is dat je de rugligging mag verlaten om te keren, zolang je maar na het aantikken weer in rugligging bent. Zorg dat je altijd voor of tijdens het keerpunt (met hand, arm, schouder of hoofd) of direct na het keerpunt (met voeten), de wand van het zwembad raakt. Het moment van aanraken hangt af van de manier van keren. Hierna op rugzijde weer verder zwemmen.
– Bij het eindpunt altijd op de rug aantikken met een lichaamsdeel en er moet een lichaamsdeel boven water zijn!!! De grote teen is voldoende.
Vrije slag
– Bij keerpunt maakt het niet uit hoe en wanneer je de wand raakt, als je de wand maar aanraakt.
– Bij eindpunt maakt het niet uit hoe je aantikt, als je maar aantikt en een lichaamsdeel boven water is.
Wisselslag
Zorg dat er bij elke zwemslag tijdens het keerpunt, op de bij die zwemslag behorende wijze wordt aangetikt en het eindpunt ook op de juiste manier wordt beëindigd!!!
Vlinderslag: Met twee handen gelijktijdig aantikken en van elkaar gescheiden. Op rug verder
Rugslag: Eindpunt op de rug aantikken (manier van aantikken op de rug maakt niet uit) en er moet een lichaamsdeel boven water zijn. Verder met schoolslag
Schoolslag: Met twee handen gelijktijdig aantikken en van elkaar gescheiden.
Vrije slag: Manier maakt niet uit, als je maar aantikt.